Dag 17: 24 november 2007: Wandelen, naar Turrialba
Vandaag zijn we ongeveer om 8.00 uur weer gaan wandelen, in de hoop weer mooie en bijzondere vogels te zien. We konden niet te lang gaan wandelen, want zodra de Chirripógangers terugkwamen zouden we vertrekken naar Turrialba. De verwachting was dat ze om 11.00 uur terug zouden zijn.

We hebben weer een behoorlijk stuk gewandeld en wederom was het weer geweldig. We hebben wel wat minder vogels gezien dan de vorige dag, maar dat kon ook haast niet overtroffen worden. We zijn nog langs een leuk boerderijtje gelopen. Met erg lieve kalfjes met enorme grote oren. En nog leuke kindertjes ook nog, die eerst erg verlegen zwaaiden. Maar op de terugweg waren ze al een stuk minder verlegen.

Rond 10.00 uur waren we weer terug bij het hotel. En daar was het wachten op de Chirripógangers. Iedereen was natuurlijk reuze benieuwd of iedereen het had gehaald of niet. Het is natuurlijk enorm moeilijk om in een dag naar ongeveer 3900 meter hoogte te lopen, zonder te acclimatiseren. 11.30 uur kwamen de Chirripógangers terug en we hebben ze een warm welkom gegeven. Niet iedereen heeft het gehaald. Van de vijf hebben het er twee gehaald. Proficiat! En natuurlijk ook een knappe prestatie voor de andere drie. Ze hebben toch ook een heel eind moeten lopen naar de berghut. Ze vertelden dat het superzwaar was, maar ook erg mooi. Ze vonden het erg jammer dat het allemaal zo snel moest aangezien ook op de hoogte van de berghut allemaal mooie wandeltochten te maken waren.

Ook wij vonden de omgeving van de Chirripó erg mooi en het zou voor ons ook geen enkel probleem zijn om daar een dag langer te blijven. Er is daar genoeg te zien en te doen. Zeker toen we hoorden dat zich in het dorpje in de buurt een Nederlandse vrouw heeft gevestigd die had gezegd dat er veel mensen in de buurt wonen, die erg veel verstand hebben van vogels e.d. Als we dat eerder hadden geweten, hadden we zeker graag een vogelgids meegehad op onze wandeling.

Hoewel de stukken tekst van het reisverslag over de dagen bij de Chirripó niet erg lang zijn, waren het hele mooie en bijzondere dagen. Zoals gezegd waren we er nog graag een dag langer gebleven. Wij hebben ons dan ook enorm verbaasd dat Sawadee de dagen bij de Chirripó uit het reisschema heeft gehaald voor de reizen in 2008. Erg jammer.

Half 1 stapten we in de bus om op weg te gaan naar Turrialba. We hebben bij een bakkertje in San Isidro onze lunch gehaald. Daarna was het een eind rijden naar Cartago, de stad waar we naar toe zouden gaan voordat we door zouden rijden naar Turrialba. Wederom een schitterende rit, maar vermoedelijk ook een van de gevaarlijkste. Op zich was de weg wel goed, maar we reden alleen door de bergen en we moesten behoorlijk klimmen. En je bent natuurlijk niet alleen. Ook de grote vrachtwagens moesten erdoor. Deze kunnen echter niet zo hard stijgen als personenauto’s en busjes. Maar aangezien het allemaal slingerwegen zijn, zijn er niet zo heel erg veel mogelijkheden om in te halen. Toch zijn er altijd mensen die het lot tartten en op plekken gaan inhalen waar het eigenlijk niet mogelijk is. Soms was dat best schrikken.

Onderweg stopten we bij een echt truckerscafe op behoorlijke hoogte. En koud dat het was! En we hadden dus geen lange broek of lange mouwen aan. Rixt had namelijk gezegd dat niet nodig was. En of het nodig was. Gelukkig bleven we daar maar kort. Daarna weer lekker de warme bus in.

Cartago is een stad in Costa Rica waar de beroemde basiliek staat. In die basiliek staat het beeldje van La Negrita, de zwarte maagd. Veel pelgrims gaan vanaf San José op knieën naar deze basiliek. Heel bijzonder. We kwamen behoorlijk laat in de stad aan en zagen de basiliek alleen in het donker. We hebben eerst gegeten en daarna nog even snel de basiliek in. Het zag er inderdaad allemaal mooi uit. Wat erg grappig was, is dat ik twee meisjes zag die bij de ingang inderdaad op de knietjes richting het “altaar” kropen. Op geen gegeven moment keken ze achterom, tikten elkaar aan en renden bijna helemaal naar voren en het laatste stukje weer op de knieën. Kennelijk waren hun ouders even ergens anders. Maar het was erg grappig om te zien.

Hierna zijn we weer verder gereden naar Turrialba. Dit was het dorp waar we in de buurt erg goed zouden kunnen gaan raften, wat Ronald en ik natuurlijk hebben gedaan. Om 21.00 uur kwamen we in het hotel aan. Daar hebben we nog een drankje gedronken en kregen we te horen hoe het morgen met het raften allemaal zou gaan. Nog even een partijtje geUNO’d en daarna lekker naar bed, om goed uitgerust te gaan raften de volgende dag.